Dubbelinterview Meander Medisch Centrum

Medirisk Fellowship: van theorie naar praktijk #5 Mirjam Schotman & Marjan de Lange.

Hoe geven deelnemers aan het Medirisk Fellowship Nieuw Veiligheidsdenken handen en voeten aan de theorie? Hoe passen zij dit toe in hun zorginstelling? In een nieuwe serie interviews krijgen fellows het woord om praktijkervaringen te delen en anderen te inspireren. In deel 5: Mirjam Schotman, uroloog en Marjan de Lange, adviseur Kwaliteit en Verbeteren Meander Medisch Centrum.

“Je voélt dat herstel en samen leren hand in hand gaan”

Ook Meander Medisch Centrum maakt grote stappen met de implementatie van het Safety-II-gedachtegoed, dankzij twee zeer gedreven aanjagers: uroloog Mirjam Schotman en adviseur Kwaliteit en Verbeteren Marjan de Lange. Zodra alle calamiteitenonderzoekers zijn opgeleid in de Learning Teams-aanpak gaat de PRISMA-methodiek resoluut aan de kant.

“Een aantal jaren geleden was ik, als voorzitter van de onderzoekscommissie, aanwezig bij een calamiteitenonderzoek naar het overlijden van een jong kind”, vertelt Schotman. “Ik herinner me nog goed hoeveel leed er was. Bij de ouders en nabestaanden, die naast onnoemelijk veel verdriet ook onmacht en woede voelden, en wanhopig op zoek waren naar de oorzaak van het overlijden van hun kind. Natuurlijk waren ook de betrokken zorgverleners verdrietig en totaal verslagen door wat er was gebeurd. We voerden als onderzoekscommissie één op één-gesprekken met de zorgverleners die dat voelden als een tribunaal, hóe goed we ook ons best deden om iedereen op zijn gemak te stellen. Het zat ‘m in de vragen die we volgens de ‘oude’ methode van calamiteitenonderzoek gewend waren om te stellen. En in de setting: meerdere onderzoekers tegenover één zorgverlener. Deze aanpak voelde voor mij zó niet goed. Dat moest echt anders, vond ik.”

Dialoogsessies
In 2022 was Schotman één van de eerste deelnemers van het Fellowship Nieuw Veiligheidsdenken van Medirisk. Naast uroloog is ze specialist Kwaliteit en Verbeteren in Meander. “Een leuke, verdiepende rol waarin ik verbeteringen op het gebied van veiligheid mag initiëren”, zegt ze. Vanuit die functie was ze al een tijdje bezig om op een andere manier dan als dokter naar de kwaliteit van zorg te kijken. Onder meer door dialoogsessies te houden. Drie tot vier keer per jaar gaan het hoofd van de kwaliteitsafdeling, de voorzitter van de Raad van Bestuur en Schotman in gesprek  met een heterogene groep van tien tot twaalf zorgverleners, om vanuit verschillende perspectieven te kijken naar: ‘Wat is goede zorg? Hoe kunnen we daar samen aan werken en hoe kan het ziekenhuis jullie daarin ondersteunen?’

Mirjam Schotman, uroloog

“Als je er woorden voor hebt, kan je je visie en inzichten ook met anderen delen.”

Waardevol fellowship
Daarnaast waren De Lange en Schotman samen aan het prakkiseren over hoe ze calamiteitenonderzoek minder belastend zouden kunnen maken voor zorgverleners en het leerrendement konden vergroten. Het fellowship kwam precies op het goede moment, vertelt Schotman: “Waar ik in mijn hoofd naartoe wilde bewegen werd tijdens het fellowship expliciet gemaakt. Heel waardevol: er zijn daar eigenlijk woorden gegeven aan mijn gevoelens en gedachten. En als je er woorden voor hebt, kan je je visie en inzichten ook met anderen delen.”

Beter zorgen voor zorgverleners
Collega De Lange rondde het fellowship onlangs af. Ook bij haar ligt een aantal calamiteitenonderzoeken ‘oude stijl’ vers in het geheugen: “Juist door die ervaringen zag ik: we moeten veel beter voor onze zorgverleners gaan zorgen. Daarom zijn we bij een calamiteit nu éérst gericht op herstel: wat hebben de betrokken patiënt, naasten en zorgverleners nodig en wie gaat daarvoor zorgen? De context waarin de calamiteit zich heeft voorgedaan onderzoeken we vervolgens in Learning Teams: hoe verloopt het zorgproces normaal gesproken, waarom ging het deze keer anders, wat kunnen we samen leren van de dagelijkse praktijk?”. Schotman vult aan: “Het is een zoveel fijnere manier van calamiteitenonderzoek; je voélt dat herstel en samen leren hand in hand gaan.”

Marjan De Lange, adviseur Kwaliteit en Verbeteren


“Als al onze calamiteitenonderzoekers getraind zijn willen we stoppen met PRISMA.”

Learning Teams
Meander werkt nu ongeveer een jaar met Learning Teams. Onlangs kregen de eerste vijftien calamiteitenonderzoekers van Medirisk een cursus over de methode. Ook de andere dertig calamiteitenonderzoekers gaan de training volgen, zodat straks het voltallige onderzoeksteam getraind is in de kennis en vaardigheden die nodig zijn om Learning Teams te begeleiden. De Lange: “Als al onze calamiteitenonderzoekers getraind zijn willen we stoppen met PRISMA.”

In focusgroepen is in Meander naar het totale calamiteitenproces gekeken, van melding tot aan de verantwoording. Dat leidde tot grote verbeteringen. Zo is peer support sneller beschikbaar en zijn alle communicatiemiddelen en protocollen rondom een calamiteit aangepakt. “Het is nu veel helderder wat je als betrokkene bij een calamiteit kunt verwachten en wat er van jou wordt verwacht en bij wie je terecht kunt voor steun”, benadrukt De Lange.

Ook aan het rapport voor de inspectie wordt gesleuteld. Schotman: “In het format voor de rapportage wordt nog steeds gevraagd om een basisoorzaak. Dat onderdeel vullen we nu gewoon niet in, uiteraard in afstemming met de inspecteur. De rapportage begint met onze acties op het gebied van herstel: wat hebben we voor patiënt, naasten of nabestaanden en zorgverleners gedaan om herstel te bevorderen? Ik merk dat er ook binnen de inspectie ontwikkelingen zijn om verantwoording anders in te richten, omdat ze daar ook wel inzien dat verantwoording en leren lastig samengaan.”